Kleur de hokjes op je werkblad waarvan de zin WAAR is. 

• Veel insecten zijn heel nuttig.
• Insecten ruimen in de natuur rommel op.
• Bloemen worden alleen bestoven door bijen.
• Bijen eten alle honing zelf op. Zo kunnen ze leven.
• Er zijn ook veel vervelende insecten.
• Spinnen houden van insecten.

Kleur de hokjes op je werkblad waarvan de zin WAAR is. 

• Insecten zijn echte vliegkunstenaars.
• Insecten hebben vliezige vleugels om te kunnen vliegen.
• Hommels kunnen niet vliegen, die zijn te zwaar.
• Libellen kunnen wel 50 km. per uur vliegen.
• Libellen kunnen stilhangen in de lucht.

Kleur de hokjes op je werkblad waarvan de zin WAAR is. 

• Larven van lieveheersbeestjes vinden bladluizen erg lekker.
• Larven van lieveheersbeestjes verpoppen één keer.
• Lieveheersbeestjes eten per dag wel 100 bladluizen.
• Tuinmannen zijn niet blij met lieveheersbeestjes.
• Mieren en lieveheersbeestjes zijn erge goede vrienden.
• Bladluizen maken zoet sap, dat de mieren lekker vinden.

Kleur de hokjes op je werkblad waarvan de zin WAAR is. 

• Als een mannetjesvlinder een vrouwtjesvlinder ontmoet gaan ze gelijk vrijen.
• Als vlinders elkaar leuk vinden gaan ze baltsen.
• Alle vlinders baltsen precies hetzelfde.
• De mannetjesvlinders leggen de eitjes op een geschikte plant.
• Een rups eet veel. Hij barst uit zijn vel.
• Een rups vervelt wel 5 keer. 
• Als een rups de laatste keer vervelt, komt er een vlinder uit.
• Als de pop openbreekt komt er een vlinder uit.
• De verandering van eitje tot vlinder noemen we metamorfose.

Bekijk het filmpje hieronder.

Vind je dit zelf ook leuk om te doen?

Doe het dan in de klas.

Alle kinderen kunnen dan kijken naar jouw mierenhuis!

Laat na een tijdje de mieren ook weer buiten los. 

Een leuke kleurplaat met allemaal grappige insecten.

Maak er wat moois van!

Let ook eens op de titel. Leuk hè?